Sommige mensen dat kunststromingen alleen maar schilderijen en architectuur is maar dat is niet zo. In bijna alle kunststromingen heb je ook schrijvers die hele mooie verhalen of gedichten kunnen schrijven en dan ook in de stijl van een bepaalde kunststroming.
Bij de avant-garde heb je dat ook. In de tijd van de avant-garde was er veel politieke onrust. Deze onrust leidde tot de twee wereldoorlogen in Europa. Dichters en schrijvers hebben hier ook op gereageerd. De avant-garde wordt ook wel een radicale stroming genoemd, omdat de naam avant-garde een verzamelnaam was van andere stromingen, zoals het dadaïsme, kubisme, expressionisme, futurisme en constructivisme.
De schrijvers van de avant-garde vonden dat de wereld een nieuwe kunst nodig had. Zo moest de poëzie meer van de werkelijkheid laten zien en niet alleen maar de gevoelens van de dichter/schrijver maar het hele nieuwe onderwerpen. Niet alleen de onderwerpen veranderde maar ook de manier waarop gedichten geschreven werden, werd veranderd.
De Belgische dichter Paul van Ostaijen was een van de bekendste en eerste dichters die de nieuwe techniek en onderwerpen in poëzie veranderde. Je kunt dit zien in de bundel Bezette stad die hij in 1921 schreef. Het affiche van die bundel laat geen traditionele dichterlijke vormen zien, zoals rijm en regelmatige regellengtes. Maar meer de inhoud van kritiek die Paul had in die tijd van de maatschappij. De 19de-eeuwse waarden Godsdienst, Vorst en Staat worden hier gepresenteerd als een circusact, en daarmee een beetje belachelijk gemaakt.
Dan heb je het modernisme. Deze periode zat tussen 1910 en 1940. Het was een roerige periode. In deze periode vonden de ontwikkelingen democratiseren en industrialisatie plaats. Hierdoor groeiden steden erg snel en was er veel politieke onrust en economische onrust. De eerste wereldoorlog was net afgelopen en de tweede dreigde eraan te komen. De moderne mens is hierdoor een twijfelaar geworden. Carry van Bruggens, een dichteres uit die tijd, had een personage, Eva, die erg twijfelachtig was. Door deze gedichten veranderde de Nederlandse literatuur volledig en ontstond het modernisme. Carry’s gedichten kregen de term ‘damesproza’. Dit was geen compliment, want het betekende juist dat het truttig en overdreven gedetailleerd was en vol stond met vrouwelijke psychologisering. De naam sloeg meestal op de vrouwelijke auteurs en op de personages. Het waren vrouwen van huiselijke komaf. Dit werd door de burgers toegejuicht maar critici waren er fel op tegen.
Aan het begin van de twintigste eeuw ontstonden er veel nieuwe stromingen omdat dichters en schrijvers reageerden op de politieke onrust, maar ook op het veranderen van het dagelijkse leven door de snelle technologische ontwikkelingen. Aan de manier waarop het gedicht van Paul van Ostaijen geschreven is, kon je zien dat hij de poëzie wilde vernieuwen. Zijn gedicht hield zich niet meer aan de klassieke vormgeving, want er zat geen rijm in, maar ook gebruikte hij geen regelmatige regellengte. Bovendien gaf de inhoud van zijn gedicht ook kritiek op de maatschappij waar hij uit voorkwam. Aan al deze dingen kun je dus zien dat hij de poëzie wilde vernieuwen. Een van de vele stromingen die in het begin van de twintigste eeuw ontstonden, was het dadaïsme. Men vond het dadaïsme ‘de grootste malligheid’ omdat tijdens de voorstelling de dadaïsten de grootste gekkigheid uithaalden. Het dadaïsme werd in een later tijdperk voortgezet door de dichter K. Schippers, dit deed hij in zijn tijdschrift Barbarber. Een andere stroming die ook in het begin van de twintigste eeuw is ontstaan, is het modernisme. De schrijvers van het modernisme waren pessimistisch, omdat ze vonden dat je niet mocht schrikken van de waarheid. Om deze reden werden hun romans vaak als shockerend gezien, maar in de eerste tien jaar van de twintigste eeuw zakte dit pessimisme af tot een lichte zwaarmoedigheid.
Een kenmerk van een modernistische roman is dat er heel erg
getwijfeld word onder de personages. Er komen ook vaak vragen voor in de trend
van of we de hele wereld wel kennen. Er word veel gedacht en weinig gehandeld,
er komen niet veel spectaculaire avonturen in voor. Het gaat niet meer om het
weergeven van de gebeurtenissen, maar om het inleven in een personage. Het
innerlijk leven word op een directe manier getoond met behulp van stream-of-consciousness-techniek.
Het word in het Nederlands ook wel bewustzijnsstroom genoemd. Het is een van de
meest opvallende vernieuwingen binnen het modernisme. In plaats van de
objectieve waarheid ging het om de subjectieve beleving van de wereld. Nog een
kenmerk van het modernisme is dat de schrijvers probeerde de uit een gevallen
wereld weer een eenheid te maken.
Op een bepaalde manier lijken de gedichten van Tonnus
Oosterhoff en van Ostaijen wel op elkaar want sommige gedichten van hem gaan ook over de oorlog. Maar ik heb zelf niks met gedichten en dit soort dingen dus met gevoel zou ik niks kunnen bedenken. Ik vind dat de vorm van de gedichten, hoe ze gemaakt zijn, niet op elkaar lijken.
Affiche van Theo van Doesburg en Kurt Schwitters voor de ‘Kleine Dada Soirée’ in 1922.